Nederlands Architectuurinstituut NAi (1993 - 2013)

Samenwerking

Veel is geschreven en gespeculeerd over de samenwerking van Van der Mey met De Klerk en Kramer, en over de vraag wie welk aandeel heeft geleverd. De meningen lopen uiteen. Van suggesties als zou het aandeel van het laatste tweetal zijn onderschat, tot beweringen dat het Scheepvaarthuis eigenlijk beschouwd moet worden als de schepping van De Klerk en Kramer.

De verleiding is groot om vooral De Klerk een prominente rol toe te bedelen: zijn latere ontwerpen tonen een sterke gelijkenis met het Scheepvaarthuis, en hij groeide uit tot de belangrijkste architect van de Amsterdamse School. Anderzijds zouden documenten de stelling onderschrijven dat het originele concept van het Scheepvaarthuis afkomstig was van Van der Mey. Het is interessant om te zien of het onderzoek in het archief Van der Mey meer licht op deze kwestie kan werpen.

Kritiek

Critici destijds waren verdeeld over het resultaat. Negatieve beoordelingen betroffen vaak het overdadig gebruik van decoraties. Volgens J. Gratama bijvoorbeeld ontbrak de nodige rust en eenheid door een te rijke detaillering. De Gruyter vond het meer een paleis uit Duizend-en-een-nacht dan een modern kantoorgebouw.

Positieve geluiden waren er ook. J. Vriend prijst de toepassing van baksteen, waarvan de mogelijkheden tot het uiterste zijn uitgebuit. W.H. Gispen schreef: Het gebouw wekt de gedachte aan de zichtbaar geworden fantasie van een geniaal beeldhouwer-schilder, het verrijst als een bloeiende cactus tusschen het simpele gras. En Henri Evers ten slotte: “Al moge de oorspronkelijkheid soms gezocht zijn, bezonkenheid missen, als geheel is deze moderne baksteenbouw een talentvol werk van persoonlijk karakter.”